In 1909 schreef Filippo Tomasso Marinetti het eerste futuristisch manifest, waarmee hij zichzelf tot aartsvader van de beweging kroonde. De excentrieke dichter verheerlijkte de nieuwe tijd en diens bijkomstigheden, zoals techniek, vooruitgang, dynamiek en snelheid. Oorlog, ‘de enige hygiëne van de wereld’, was pure esthetiek. ‘Buiten de strijd is er geen schoonheid.’

De tekst in De Amsterdammer van 19 mei 1912 (pagina 6-7) richt zich op de schilderkunst, waarbinnen Boccioni cum suis zich met name wilden afzetten tegen academische tradities. Hoewel de kubisten met onder meer Picasso dit ook al deden, en het futurisme stilistisch duidelijk schatplichtigheid toont aan het kubisme, verklaarden de futuristen zich ‘geheel tegenover hunne kunst te staan. Zij maken van de natuur iets bewegingloos, bevrorens, vaststaands.’

Een schilderij moest de weergave zijn van een strijd waarbij ook de toeschouwer betrokken werd, een strijd om ‘gelijktijdig opgevangen zielsindrukken’ weer te geven. Als een schilder een persoon op een balkon portretteerde, moest hij ook laten zien wat die persoon vanaf dat balkon zag: ‘het zonbeschenen gewarrel in de straat, de dubbele rij huizen die rechts en links van haar doorloopen, de met bloemen versierde balcons.’

De verschillende geschilderde objecten vormden samen een heroïsche veldslag, waarbij ieder voor zijn plek streed, ‘bevrijd van bestaande logica’. Futuristische schilderijen zijn gevechten van lijnen, die ervoor moesten zorgen dat ook de toeschouwer van een schilderij mee zou strijden - met intense esthetische ontroering als ultiem doel.

‘Als wij de phasen van een opstand schilderen, dan zal de menigte, met de vuisten naar boven gepiekt, dan zullen de luidruchtige aanvallen der kavalerie moeten worden weergegeven op het doek door lijnenbundels, in harmonie met alle op elkaar botsende krachten, volgens de algemeene wet van geweld op het schilderij. Deze krachtlijnen moeten den toeschouwer omvatten en meevoeren, zoodat hij genoodzaakt wordt om ook mede te strijden met de menschen van het schilderij.’

Een groot deel van de futuristen bracht de verheerlijking van strijd en geweld in praktijk door zich in 1915 aan te sluiten bij het Italiaanse leger. Zo ook Boccioni, die een jaar later stierf toen hij van zijn paard viel en vertrapt werd. De verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog deden de groep versplinteren. Door de opkomst echter van het fascisme - en de nauwe associaties daarmee - werd het futurisme in Italië vanaf de jaren twintig tot het eind van de Tweede Wereldoorlog salonfähig, en kende het nog enkele oplevingen.

Het verhaal wil dat Marinetti, de leidende figuur, in 1944 aan een hartaanval stierf terwijl hij heldendichten schreef over de Italiaanse oorlogsvloot. Met hem stierf ook het futurisme als eenduidige beweging.


Beeld:

Umberto Boccioni. Charge of the Lancers. 1915. 32 x 50 cm. Tempera and collage on pasteboard. Ricardo and Magda Jucker Collection, Milaan

Umberto Boccioni. Dynamism of a soccer player. 1913. Olieverf op doek. 193.2 x 201 cm. The Sidney and Harriet Janis Collection, New York.